Access the full text.
Sign up today, get DeepDyve free for 14 days.
Loading next page...
/lp/brill/eighteenth-and-nineteenth-century-writers-on-jan-steen-YnQIk0RsyY
References
References for this paper are not available at this time. We will be adding them shortly, thank you for your patience.
- Publisher
- Brill
- Copyright
- © 1973 Koninklijke Brill NV, Leiden, The Netherlands
- ISSN
- 0030-672x
- eISSN
- 1875-0176
- DOI
- 10.1163/187501773X00218
- Publisher site
- See Article on Publisher Site
Abstract
238 lopen, waarvan de opeenvolging samenhing met zijn vele verhuizingen 82, Een bewijs voor de 'literaire' instelling van onze schilder lijkt mij hierin te zijn gelegen, dat de collegae van een nieuwe woonplaats telkens weer meer indruk op hem gemaakt hebben met hun, hem nog onbe- kende, onderwerpen, dan door hun stilistische eigenaardig- heden. Dat die onderwerpen niet uitsluitend bepaald zijn geweest door 'kopijeerlust des dagelijkschen levens', eventueel gekruid met humor, satire, bijtende spot of zedeprekerij, kan worden verduidelijkt door het iconografische onder- zoek, waarmee gelukkigerwijze reeds een begin gemaakt is" Waarschijnlijk zal de Jan Steen van Weyerman, Descamps, Heine en Blanc, van Van Westrheene en Martin van het toneel moeten verdwijnen voor een persoonlijkheid, die weer iets meer gaat lijken op de 'geestige Jan', die Houbraken heeft beschreven, en waarvan Thore een glimp heeft opgevangen. Het verschil in de wijze, waarop Steen is gezien door zijn bijna-tijdgenoot Houbraken en door onze bijna-tijdgenoten Bredius en Martin, dat nu blijkt zo groot te zijn, is heel geleidelijk tot stand gekomen en daardoor vrijwel onopgemerkt gebleven. Steeds weer dezelfde anecdotes zijn verteld, steeds dezelfde eigen- schappen van het werk geprezen of gelaakt. Houbrakei is echter door Weyerman niet alleen naverteld,
Journal
Oud Holland - Quarterly for Dutch Art History – Brill
Published: Jan 1, 1973